Snakes and on the road - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Sandra Martens - WaarBenJij.nu Snakes and on the road - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Sandra Martens - WaarBenJij.nu

Snakes and on the road

Door: Sandra Martens

Blijf op de hoogte en volg Sandra

16 Maart 2012 | Australië, Melbourne

Hey lieve mensen!

Woensdag 22 februari 21.00 uur (lokale tijd) was het dan eindelijk zo ver: het moment dat mijn mama en ik weer herenigd zouden worden en in tranen in elkaars armen zouden vliegen. Jullie lezen het goed: zouden. In werkelijkheid werd het 22.00 uur (maar nog steeds lokale tijd) omdat ik even niet in de gaten had gehad dat Transit Centre niet hetzelfde was als Central Station (woops). Anyway, eenmaal in het hostel aangekomen heb ik mama een heerlijke maaltijd van opgewarmde lasagne (die ik de vorige avond in de geweldige keuken van Reece in elkaar geflanst had) voorgeschoteld en hebben we veul gepraat.

Onze ‘grote reis van Sandra en mama’ begon in Brisbane, waar wij onze geweldige, übercoole, sexy, kleine, schattige, appeltjes-groene-met-pimpelpaarse ‘Jucy-campa’ ophaalden. Heel enthousiast begonnen we aan het eerste avontuur: de übercoole, sexy enz. Jucy door centro Brizzy heen rijden, wat verrassend goed ging. Al snel bleek dat mama een master in het voor-het-eerst-links-rijden-in-een-onbekende-appeltjes-groene-met-pimpelpaarse-‘Jucy’-in-een-nog-onbekendere-binnenstad was, en dat ondergetekende uitstekend functioneerde als navigator. Wij voelden ons dus best wel een beetje stoer daarzo, dat begrijpen jullie wel. Vooral nadat we ook nog vrij snel de juiste route richting het noorden hadden gevonden (happyhappyjoyjoy). Helaas ging het gevoel van happyhappyjoyjoy snel (te snel) voorbij. Na heel veel gedoe en nog maar 50 km verder kwamen we tot de conclusie dat we een olielek hadden. Na ongeveer 9 telefoontjes (en ongeveer in totaal 2 uur aan irritante klote wacht-muziek/advertorials voor ‘Jucy-lovers’), 4 uur wachten en een hoop frustratie, werden we eindelijk terug naar Brisbane gesleept waar we een nieuwe auto en wat compensatie kregen. Om 19.00 uur (6 uur later dan de eerste keer) reden we voor de tweede keer Brizzy uit. Laat in de avond kwamen we eindelijk in Rainbow aan.

De volgende dag regende het helaas alweer maar toch heb ik mama de schoonheden van Rainbow Beach kunnen laten zien. Ook zijn we naar Tin Can Bay gereden en hebben we daar even rond gekeken. De dag daarna hield het eindelijk op met regenen, dus zijn we naar de prachtige Sandblow geweest en hebben we nog eens over het mooie gekleurde strand gelopen, ’s avonds zijn we uit eten geweest op z’n Australisch: in de surfclub.
De dag erna (het was inmiddels zondag) zou de echte roadtrip beginnen en wilden we vroeg vertrekken en meteen doorgassen naar Byron Bay. Dat vroeg vertrekken: top, geen probleem! Dat ‘doorgassen naar Byron Bay’: beetje jammer. De regen gooide daar toch mooi even roet in het eten. Alle wegen die naar de Bruce Highway leiden (die op zijn beurt weer naar het zuiden leidt) waren overstroomd in Gympie. Het water stond tot aan de onderkant van de verkeersborden!
Uiteindelijk moesten we dus rechtsomkeert maken en (helaas) terug naar Rainbow. Waar mama vervolgens rond 15.00 uur hoorde dat de wegen weer open waren en we halsoverkop toch maar weer vertrokken. Uiteindelijk hebben we het via een grote omweg (vanwege nog steeds overstroomde wegen) door het prachtige binnenland toch nog tot de Sunshine Coast weten te schoppen en wel tot Mooloolaba. Daar kwam ik verbaasd tot de ontdekking dat ik tóch in Mooloolaba was geweest, ik was er doorheen gefietst want het ligt nog geen 10 minuten van Maroochydore.

Na een goede nacht in een caravanpark in Mooloolaba waar we ook nog wat aardige Nederlanders ontmoetten, zijn we de dag erna weer op weg gegaan. De bedoeling was om via Springbrook National Park uiteindelijk Byron te bereiken. Weer mislukt natuurlijk. Eerst hebben we op een look-out op Wild Horse Mountain gestaan, wat zeer de moeite waard was. Daarna hebben we in Springbrook een wandeling gemaakt naar een hele hoge waterval en naar de Natural Bridge. Daar hebben we ook nog de staart van een slang gezien! Daarna zijn we door de bergen en Springbrook uiteindelijk bij Murwillumbah uitgekomen, onderweg ook nog bijna een schilpad aangereden trouwens.

De volgende dag bereikten we eindelijk Byron, daar hebben we even rondgelopen en daarna zijn we naar Cape Byron gegaan. Dat is de vuurtoren op het meest oostelijke punt van Australië. Vanaf daar heb ik dan eindelijk, echte, fatsoenlijke, supermooie, spelende (jawel) DOLFIJNEN gezien! Echt zo ontzettend gaaf! Het was een hele school, zo’n 30 stuks en we hebben ze ook nog een paar keer zien springen en in de golven surfen, ook mocht ik nog iemands verrekijker lenen dus ik heb ze echt goed kunnen bekijken. Ook hebben we nog roggen en een schildpad vanaf daar gezien. Daarna cruisden we door naar Lennox Heads en uiteindelijk hebben we gekampeerd aan een rivier net onder Coffs Harbour. Daar moesten we om 10 uur naar bed van de eigenaren, die dit zeer subtiel duidelijk maakten door de lichttimer zonder waarschuwing op 10 uur te zetten. Oh, en het was ook de dag van de spaghetti die in de spoelbak eindigde!

De dag erna hebben we gepicknickt op het strand van Port Macquarie en een stuk coastal walk gelopen waar we weer oog in oog met een slang kwamen waardoor we een heel stuk moesten omlopen om die te ontwijken. ’S Avonds hebben we gezellig gegeten bij mijn lieve vrienden Cathy & Graig en het was heel fijn om hun weer te zien!
Lunch de dag erna was op een mooi strand in Port Stephens. De rest van de dag bestond voornamelijk uit rijden. We hadden besloten Sydney (jippie) en Newcastle (jammer) niet te bezoeken en gingen daarom door naar de Blue Mountains waar het ijskoud en mistig was zodat we er helemaal niks van konden zien.
Geen Blue Mountains dus, maar in plaats daarvan wel: Snowy Mountains! In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden was het daar iets minder koud. We hebben eigenlijk de hele dag gereden met prachtige uitzichten, look-outs en ’s avonds een omelletje en slaapplek in de bergen. Maar gelukkig waren we net op tijd weg om de overstromingen in NSW en Noord-Victoria te ontwijken.

De volgende dag bereikten we Melbourne al en de dag daarna hebben we daar ook doorgebracht omdat het weer niet echt goed was en we graag met mooi weer aan de Great Ocean Road wilden beginnen. Het kostte wat moeite om ineens 14 dollar in munten voor de tram te betalen, we kregen een interessante discussie met een serveerster en mama verviel in een oude gewoonte om overal foto’s van te maken en ik sjokte erachteraan, maar toch was het heel leuk!

Na een stevig ontbijt zijn we begonnen aan het rijden van de mooiste weg van Australië, meteen de eerste dag al een mooie waterval gezien en verschillende lookouts . De tweede dag stond weer in het teken van mooie natuurverschijnselen. Ten eerste zagen we wilde koala’s overal in de bomen hangen. Daarna kwamen de 12 Apostles waar minstens een miljoen Japanners rondliepen die overal een foto van moesten maken en ook bij ieder plekje en onder iedere hoek zelf op de foto moesten.

Na een goede nachtrust in een ijskoud dorp zetten wij koers naar de Grampians die we na ongeveer twee uur rijden in eindeloos vlak en dor weiland ineens uit het niets zagen opduiken. Tijdens een wandeling de berg op (Mt. William) kwam ik ineens wel verrekte dicht bij een giftige slang, later werd ons vrolijk verteld dat dit waarschijnlijk een Common Brown was: ‘They can chase you when they’re angry’. Bij de zoektocht naar een caravanpark kwamen we uiteindelijk op een gave plek uit, er hopsten over kangooroos rond en de kaketoes en rosella’s kwamen uit je hand eten. Een rosella kwam zelfs op mijn schoot zitten bij het ontbijt! Ook hebben we nog emoe’s gezien in de verte.

Hoe opgelucht waren wij 2 dagen later dat wij al om half 5 een fijn caravanpark in Foster hadden gevonden! De dag daarvoor was dat namelijk heel wat problematischer gegaan waardoor we uiteindelijk om 11 uur in een hotel terechtkwamen dat nog niet volgeboekt was. Vanuit Foster (waar we gelijk 2 nachten hadden geboekt vanwege de drukte rond het lange weekend waarin iedere Australiër eropuit trekt) zijn we naar Wilsons Prom gegaan. Een national park in de zuidelijkste punt van Australië. Helaas kun je niet naar dat punt lopen (of ja, dat kan wel, afhankelijk van hoe graag je dat wil zien) want het is een wandelingetje van 15 km. Dat lieten we dus maar even schieten, in plaats daarvan hebben we Mt. Bishop geklommen (de hele 320 m hoge berg) en vanaf daar konden we biiiiiiiijjjjjjna Tasmania zien (heb ik uit betrouwbare bron vernomen), in feite is dat bullshit want je keek vanaf het hoogste punt naar het westen en niet naar het zuid-oosten, maar toch, leuk idee. Wel weer lekker geluncht op het strand!

De volgende dag moesten we wel uit Foster vertrekken en begon het volgende probleem: het was nog steeds lang weekend voor de Australiërs. Maar met niet al te veel moeite vonden we toch best snel een kampeerplaatsje in Cape Paterson waar we wederom gewandeld hebben (en goed rondgekeken voor het geval er weer een slang besloot op te duiken naast mn been).

Dan vonden wij het wel een goed idee om voor de nacht die daarop zou volgen alvast een kampeerplek te boeken aangezien het nog steeds lang weekend was en we zouden gaan naar een van de meest toeristische plekken van Victoria: Phillip Island, met de ‘Penguin Parade’… Wat een oplichterij! Het eiland is prachtig, begrijp me niet verkeerd. Maar die pinguins? Betaal je $21.65 pp om vervolgens een uur in de kou te wachten tot ze komen (samen met zo’n 600 anderen), dan een verhaaltje te horen over dat dit de enige kolonie is, dan komen ze eindelijk dat strand opgewaggeld (dat was dan wel heel schattig en leuk om te zien) en mag je ze voor 45 minuten bekijken voordat je naar het hek geloodst wordt. Allemaal leuk en aardig en het zal voor sommigen best de $21.65 waard zijn, maar als je dan vervolgens de volgende dag gaat wandelen langs de zuidkust van het eiland en je ziet óveral pinguïnpootjes en –holletjes en je ziet zelfs een paar dode beestjes liggen die gegrepen zijn door roofvogels, wat voel je je dan? GENAAID!! Oplichterij, I’m tellin’ ya! Goed tot zover de frustratie over de pingpings (zoals ik ze soms noem). We hebben ook nog andere dieren gezien hoor, kangooroos, een soort mierenegel, een zeehond en weer twee slangen naast het wandelpad!! Die avond was de avond van het redelijk slechte eten (rijst met erwtjes en teriyaki-kip, best apart) en de laatste nacht in de van:(

En nu, op dit moment (want ik heb op dit moment geen internet dus ik moet dit prachtverhaal morgenmiddag op waarbenjij.nu gooien) zit ik in een niet te groot maar best gezellig hostel midden in Melbourne. Tevens het enige hostel wat nog een bed vrij had want (wat ze nu weer bedacht hebben) het is Grand Prix in de stad dus alles zit stampvol. Maargoed, ik heb niks te klagen het is best netjes en de mensen zijn aardig. Vanmiddag heb ik afscheid genomen van mama met een klein traantje, ik hoop dat zij een goede vlucht naar huis heeft en ze zal waarschijnlijk op dit moment in Kuala Lumpur zijn. Zondag vlieg ik in alle vroegte (7 am) terug naar Brisbane waar ik nog een paar dagen zal doorbrengen met mijn goede vriend Reece voordat hij naar Bangkok vertrekt en ik terug naar Rainbow om hopelijk na een paar dagen te kunnen beginnen aan een ranchwork baantje dichtbij Gympie. Meer daarover de volgende keer!

Bedankt weer voor het lezen familie, vriendjes en vriendinnetjes, laat eens weten hoe het met jullie is in Nederlandje.

Dikke vette kus

  • 16 Maart 2012 - 05:54

    Femke:

    Lief Sannetje,
    Heerlijk om je blog weer te lezen! Er zat jullie wel veel tegen zeg! Maar als ik t zo hoor hebben jullie het desondanks prachtig gehad! Het klinkt allemaal zo jaloersmakend! Super veel plezier met je Ranchwork! Hopelijk krijg je dat allemaal geregeld! Is wel leuk denk ik om na al die tijd weer iets met paarden te doen hè! Hier in Nederland begint het goed weer te worden (gister 18 graden in Brabant (: ) zat ik natuurlijk weer net op de verkeerde plek! Je merkt wel dat de lente er aan zit te komen, dus dat is wel weer fijn na al die kou afgelopen winter! Verder gaat hier alles wel goed, mn hertentamen waarschijnlijk niet gehaald maarja. Wel suuuuper veel al met mn autotje rondgereden afgelopen weekend :D ik spreek je snel weer, want ik mis je wel hoor!

    Liefs, fems

  • 16 Maart 2012 - 11:50

    Jolanda:

    hoi sandra leuk verslag. Moet er alleen zelf niet aan denken. veel te veel beesten. dat is niet mijn sterke kant.
    Mama is al weer thuis. jij nog veel plezier en blijf genieten. grjolanda

  • 16 Maart 2012 - 13:29

    Tim:

    Hehe!! eindelijk een lang verhaal van Sandra. Was dat nou zoveel moeite:P haha.

    Ik vind het super om te lezen hoe leuk je hebt en je verhalen worden telkens weer leuker en boeiender!!! Heb je je kus en knuffel nog ontvangen via je moeder?:P Ik hoor binnenkort van je moeder hoe het is geweest op der verjaardag! Veel plezier nog en ik wacht met smart op je volgende verhaal!!!!! xxxx Tim

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Melbourne

Sandra

Actief sinds 29 Sept. 2011
Verslag gelezen: 239
Totaal aantal bezoekers 36098

Voorgaande reizen:

12 September 2016 - 30 Mei 2019

Living (with) the wild life

09 Juli 2015 - 14 Februari 2015

Afriques 2.0

18 Februari 2014 - 15 Juli 2014

A new continent, a new adventure

25 Oktober 2011 - 15 Juni 2012

Backpacken door Australië

Landen bezocht: